zondag 28 september 2014

One dollar dreams


Ontmoet Pachi Tamer. Een dollar voor een foto van dakloze mensen. Zij hebben een verhaal. En een droom. Ontdek het zelf op www.one-dollar-dreams.com


Pachi Talmer is adverteerder, fotograaf en sociaal werker. Verkleed als een dakloze verbleef hij de hele ochtend voor de ingang van het gebouw waar TedX plaats zou vinden. Hij praatte over vooroordelen.

Interview met Pachi Tamer 

Instagram Pachi Talmer

Een dak voor mijn land

Helaas ga ik dit project niet bezoeken, maar het is zeker de moeite waard om over te schrijven: het project 'un techo para mi pais' ('een dak voor mijn land'). In 1997 had een groep jongeren de droom om de situatie van armoede boven te komen, waarin miljoenen mensen in verkeren. In verschillende plaatsen waar families in onacceptabele omstandigheden leven, werd de gemeenschap gemobiliseerd om in samenwerking met deze families hun eigen noodhuis te bouwen en andere oplossingen te concretiseren. Het initiatief begon in Chili en is uiteindelijk omgezet in een organisatie die over het hele continent actief is.

Hun missie is om te blijven werken in arme gemeenschappen om de armoede boven te komen, door scholing en actie van hun bewoners en vrijwilligers, en daarmee de ontwikkeling van gemeenschappen te bevorderen. Door dit te doen tracht men tegelijkertijd aandacht te vragen voor deze buurten die uitgesloten zijn van de maatschappij. 

Methode
In de eerste fase identificeren en karakteriseren de vrijwilligers de condities van de kwetsbare huizen en buurten, met ondersteuning van referenten uit de gemeenschap zelf en andere belangrijke figuren. Daarmee geven zij een impuls aan de organisatie, participatie en gedeelde verantwoordelijkheid van de gemeenschap. 

In de tweede fase schept Techo een plaats waar men kan participeren en samenwerken. Op deze locatie ontwikkelen de deelnemers samen met de bewoners van de gemeenschap concrete oplossingen om het hoofd te kunnen bieden aan de geïdentificeerde benodigdheden. De precaire woonomstandigheden zijn prioriteit en daarom begint het project eerst met het bouwen van noodwoningen, in samenwerking met de vrijwilligers en de families uit de gemeenschap. Dit is een oplossing die snel te realiseren is en tegelijkertijd vertrouwen opbouwt tussen de vrijwilligers en de gemeenschap om aan anderen problemen te werken.

Naderhand wordt aan 'de Werktafel' een wekelijkse vergadering gehouden met de vrijwilligers en leiders uit de gemeenschap. Tijdens deze vergaderingen worden de andere behoeften en problemen geïdentificeerd en programma's ontwikkelt om deze aan te pakken.

De programma's die Techo en 'de Werktafel' ontwikkelen zijn:
- Educatie. Bijscholing aan kinderen en jongeren en alfabetisering van volwassenen.
- Werk. Aanbieden van vakopleiding.
- Productie bevorderen. Ondersteuning bij het starten van ondernemingen.
- Fonds. Startkapitaal voor de ontwikkeling van gemeenschapsprojecten.
- Gezondheid. Campagnes voor preventie en bevordering van de gezondheid.

Techo promoot ook het versterken van het netwerk ter bevordering van de ontwikkeling van de bovengenoemde programma's. Met als uiteindelijke doel het creëren van een zelfbeheerde gemeenschap, zonder de interventie van Techo. 

In de laatste fase zoekt Techo definitieve oplossingen om te implementeren, zoals de regulering van huizen, basisdiensten, infrastructuur, et cetera. Vervolgens brengt Techo de gemeenschap in verband met instituties van de overheid zodat uiteindelijk ook zij hun rechten kunnen opeisen.


Klik hier voor een promofilmpje












zaterdag 27 september 2014

De kleurrijke Franca Matina Bar Cultural

Geen witte muren en artsen in lichtblauwe kledij, maar een kleurrijke bar en binnenterras waar gasten kunnen lunchen. Franca Matina was een strijder voor de humanisering van de medische psychiatrie en tegen het geweld van institutionalisering binnen de psychiatrie. Deze bar is naar hem vernoemd.

Franca Matina Bar Cultural is een lunchcafe en biedt een heerlijke daghap aan, gemaakt en geserveerd door mensen met een psychiatrische achtergrond. Enkele van hen wonen op henzelf, andere verblijven in een nazorghuis. Samen, met ondersteuning van sociaal werkers, runnen zij de lunchroom. Op deze manier probeert FMBC ook de kwetsbaren op te nemen in de samenleving. 

De bar is ook een locatie waar men culturele activiteiten kan organiseren. Te denken valt aan besprekingen, filmdebat, theater, muziek, boekbesprekingen, et cetera. Zo probeert FMBC de rechten van het socio-culturele individu, groep en collectieven te verbeteren door het bieden van ruimten waar men kritisch mag denken.


En tot slot is het ook een gallerij voor de creatievelingen onder hen. Schilderen, kunstwerken en boeken, gemaakt door de buurt of mensen met een psychiatrische achtergrond, worden tentoongesteld en zijn te koop. Een van de sociaal werkers die daar werkt hoort ons praten en wijst ons op een boek die iemand heeft geschreven: 'Een vrouw is niet geboren als hoer'. Binnenkort is een manifestatie tegen de onderdrukking van vrouwen en wij zijn uitgenodigd om mee te lopen.  

Nieuwe wet verbiedt de bouw van nieuwe gekkenhuizen


Vandaag bezoeken wij Hospital Alvear, een psychiatrisch ziekenhuis. Het ziekenhuis ligt buiten de stad in een rustige omgeving. De bus stopt voor de deur. Het eerste wat wij zien is een grote witte muur met een groene hek. Bij de hek staat een bewaker. Eenmaal door de hekken komen wij op een groot terrein met verschillende witte gebouwen die allemaal een andere functie hebben: zaal voor mannen, zaal voor vrouwen, zaal voor adolescenten, crisiszaal, et cetera. De gebouwen worden gescheiden van wegen en grasvelden met hier en daar wat bomen.


Het eerste gebouw dat wij binnenlopen is een oude klooster. Dit is het gebouw waar de directie is gevestigd. Daar krijgen wij de presentatie die wordt gegeven door net afgestudeerde sociaal werkers. In de geestelijke gezondheidszorg is men bezig met een paradigmawisseling. Er is een nieuwe wet aangenomen die het bouwen van nieuwe gekkenhuizen verbiedt en dat in 2020 alle gekkenhuizen gesloten moeten zijn. In Buenos Aires zijn nog twee gekkenhuizen met 1000 bedden in elk. Een voor mannen, de ander voor vrouwen. Doel is om deze mensen uit de instituties te halen en in huizen in de gemeenschap te plaatsen. Hoe zij dat doen blijft onduidelijk. Er zijn enkele nazorghuizen waar men kan verblijven om weer te 'leren leven'. Maar zo zeggen zij ook: "Voor de gemiddelde inwoner van Buenos Aires is het al moeilijk te ontplooien en zij hebben beschikking tot basismiddelen. Laat staan psychiatrische patienten die zijn uitgesloten van de samenleving." Dit ziekenhuis is in ieder geval innovatief, zo stellen zij: "In dit ziekenhuis hebben wij verschillende zalen en in vergelijking met andere psychiatrische ziekenhuizen hebben wij veel professionals." Ter illustratie: in een vrouwenzaal met 30 bedden werken twee sociaal werkers, vijf psychologen, vijf psychiaters, en twee bezigheidstherapeuten. 

Uniek aan dit psychiatrisch ziekenhuis is dat zij een opleiding tot specialist aanbieden aan afgestudeerde sociaal werkers die gaan werken in de geestelijke gezondheidszorg. Men moet een examen doen en eenmaal toegelaten, duurt de opleiding drie jaar. Het is een betaalde opleiding met in totaal twee studenten per jaar. Daarnaast werken nog veertien andere sociaal werkers in het ziekenhuis. Gedurende de opleiding werken de studenten in de verschillende zalen zodat zij ervaring opdoen met de verschillende problematieken. Na deze opleiding moeten zij het ziekenhuis verlaten. Interessant is dat in dit ziekenhuis de medici, psychologen én sociaal werkers evenveel verdienen. Volgens de personen die ons de presentatie geven zorgt dit voor gelijkwaardigheid binnen de verschillende disciplines.

Doel van de sociaal werker in het ziekenhuis is het verbeteren van de situatie van de patient, zoals contact onderhouden met andere organisaties, zorgen voor geld voor de zorg, administratieve en juridische ondersteuning, en ondersteunen bij sociale vaardigheden. Daarnaast worden de sociaal werkers gevraagd voor consult om een sociaal perspectief aan de overige disciplines te geven. "Want wij werken hier interdiscplinair", zo wordt gezegd. 

De professionals werken samen in hetzelfde kantoor. Zodra wij een kijkje nemen in het kantoor zien wij allerlei mappen van 'patiënten' op de tafel liggen. De professionals drinken samen mate thee en kletsen gezellig wat. 'Dat is een van onze krachten, samen in kantoor zijn, mate drinken en samen de voortgang van de patienten bespreken', zegt een van hen. "Is het echt allemaal zo rooskleurig, die gelijkwaardigheid tussen de disciplines?", vragen wij ons af. "Natuurlijk hebben wij ook discussies en is er soms een machtsstrijd bezig.",  zegt een van de sociaal werkers. "Maar die gaan wij graag aan", vult een ander haar aan.


Na het kantoorbezoek lopen wij de zaal voor adolescenten binnen. Het is net lunchtijd en de adolescenten staan in een rij te wachten, totdat een man in een witte kokspak met haarnetje het eten schept op de borden. Hij valt in het niets door de witte muren en lichtgekleurde vloer. Aan de muren hangt weining, behalve de huisregels. Daarna krijgen wij een toer door de slaapzalen. Open kamers met zes bedden per ruimte. We krijgen ook wat andere zalen te zien voordat wij weer richting de uitgang gaan. Eenmaal weer bij de hekken stormt een vrouw de receptie binnen. "Ik loop hier GVD vijf uur te wachten en jullie doen hier aan toerisme! Wat is dit GVD!?" De medische arts ter plaatse roept direct de beveiliging er bij. Wij krijgen nog even de buitenkant van het klooster te zien, want die is o zo prachtig. 




maandag 22 september 2014

Krachtwerkontour, part 2: Bay of love (4)

Ons eerste bezoek in de Bay Area is bij Lisa Smusz van PEERS, waar wij vorig jaar ook waren en we het prachtige filmpjes ‘It’s all just us’ opnamen, wat wij sindsdien al vaak gebruikt hebben. Na een lange dag autorijden (ruim 650 km van L.A. naar Oakland), worden we hartelijk ontvangen door Lisa, met nieuwe shirts. Vorig jaar kregen we shirts met de tekst: Love > labels, dit jaar is de slogan: Love more, judge less. Een fijne binnenkomst.

PEERS is niet alleen een fijne plek om tijd door te brengen, maar ook een plek om ons te laten adviseren over WRAP. Dit voorjaar hebben we in het kader van het implementatieplan van de Wmo-werkplaats een doorstart gemaakt met het Amsterdamse netwerk gericht op de ontwikkeling van ervaringsdeskundigheid en herstelondersteuning. Eerder is binnen dit netwerk onderzoek gedaan naar de inzet van WRAP als middel om dit te stimuleren en te ontwikkelen (zie ook de beschrijving in de Who Knows?! publicatie ‘Ervaringen met de inzet van ervaringsdeskundigheid’). In dit project willen we de beschikbaarheid van herstelondersteuning vergroten, ook voor andere groepen buiten de GGZ, ook door te kijken welke rol professionals hierbij hebben en hoe we dit in het onderwijs kunnen integreren. PEERS is de first International WRAP Center of Excellence, een mooie plek om ons te laten inspireren.

PEERS wordt veel gevraagd om voorlichting te geven aan professionals over WRAP en heeft daarom besloten een aangepaste WRAP training te ontwikkelen, voor het werken aan welzijn in de omgang met ‘secondary trauma’s’. De gedachte is professionals vaak dag in dag uit geconfronteerd worden met de ellende van hun cliënten, zonder dat ze goed weten hiermee om te gaan. Daarom maken ze in deze training een eigen WRAP om manier voor zichzelf en met elkaar te bedenken hoe ze aan hun welzijn kunnen werken in dit soort situaties. Hiermee maken zij tegelijk kennis met wat WRAP is en betekend door ervarend leren. De doelstelling is dat hiermee enerzijds het bereik van WRAP vergroot wordt en anderzijds dat het aantal burn-outs bij professionals vermindert wordt. In het verlengde hiervan wordt ook gekeken in hoeverre WRAP binnen ‘primary health care’, de eerstelijnszorg, aangeboden kan worden, om het zelfmanagement en zelfsturing in welzijn en gezondheidszorg te bevorderen. Dit vanuit de gedachte dat dat leidt tot een betere gezondheid.

Naast algemene WRAP groepen biedt PEERS ook voor specifieke groepen programma’s. Voor een gedeelte is dit op basis van culturele achtergrond (Latino, African-American), maar twee andere programma’s zijn voor ons interessant. De eerste is voor mensen met huisvestingsproblematiek, zowel voor mensen die dreigen hun huis te verliezen, in een opvang verblijven of die weer in een huis gaan wonen. Daarbij werken ze onder andere samen met huisvestingsorganisaties, waarbij bijvoorbeeld de organisatie WRAP aanbiedt aan huurders met huisvestingsproblemen. PEERS biedt ook voorlichting over welzijn en zelfmanagement voor huisbazen, eigenaren en beheerders, om hun inzicht daarin te vergroten.

In de WRAP groepen voor mensen met huisvestingsproblematiek gaat de aandacht vaak uit naar meer basale aspecten van welzijn (met Maslow in gedachten), hoe welzijn te behouden op straat of in het samenwonen met anderen in transtitional housing. Daarbij gaat het ook om praktische aspecten en tips, hoe kan je verder komen, waar kan je welke ondersteuning krijgen, etc. ‘Meet them where they are, start with urgent needs, go deeper from there’. Opvallend is dat de basis opzet van WRAP goed aansluit, maar dat de thema’s en de taal anders is. Daarbij is het van belang dat de facilitator deze aansluiting kan maken en bij voorkeur een gelijke achtergrond heeft.

PEERS heeft samen met het Copeland Center een aangepast programma gemaakt voor wat zij noemen Transitional Age Youth (TAY), jongeren in de overgang van jeugd naar volwassenheid. Daarbij werken zij veel samen met lokale universiteiten om WRAP groepen aan te bieden aan studenten die op campus wonen of in studentenhuisvesting en uitdagingen hebben met het op zich zelf wonen, de nieuwe sociale context en of alle nieuwe eisen die aan ze gesteld worden. De groepen worden gefaciliteerd door jongeren die zelf in deze fase zitten en door PEERS opgeleidt worden en vervolgens vanuit PEERS de groepen draaien, voor in ieder geval een jaar.

PEERS is ooit begonnen met algemene WRAP groepen, maar heeft door de jaren heen steeds meer diversificatie aangebracht, in thema’s en gebieden. Invalshoek is wel altijd geestelijke gezondheid, daarvoor worden ze ook gefinancierd, al zouden ook graag aandacht besteden aan structurele armoede. De fundamenten van WRAP zijn voor veel groepen, eigenlijk voor iedereen, bruikbaar, maar moeten per groep aangepast worden. PEERS doet dit door twee of drie ‘voorlopers’ uit een bepaalde gemeenschap te betrekken en op te leiden tot facilitator (gratis, in ruil voor het committment om een jaar bij PEERS te werken). PEERS heeft zelf zes advanced level facilitators, die andere facilitators mogen opleiden. Deze facilitators werven vervolgens via community outreach anderen voor wie WRAP zou kunnen helpen. Na onze afspraak gaan we samen met Lisa eten, op het Alameda Island, en filosoferen we over internationale samenwerking en over het bezoek wat Lisa hopelijk binnenkort aan Amsterdam komt brengen.

Voor wie meer wil weten over WRAP: veel is te lezen en te zien via de bibliotheek van het Copeland Center. Op deze website houden wij ook een overzicht bij, zie hier links onder ‘Zelfhulp’.

zaterdag 20 september 2014

"Of je het leuk vindt of niet, ik ga weer naar school"

Op ongeveer drie uur reisen, komen wij aan in de provincie El Tigre. We bezoeken een NGO voor en door vrouwen in de buurt voor de buurt. Het ligt in een rode zone, d.w.z. dat de ambulance daar niet komt vanwege hun eigen veiligheid. "Wie daar als toerist binnenfietst, fietst er weer naakt uit.", zegt een van de vrijwilligsters die daar ook als militante (politieke activist) werkt. Het geeft een indruk wat armoede en honger met de mens kan doen, zo wordt ons verteld. En het meest bizarre van deze buurt is dat het letterlijk naast een gate community ligt. Rijke mensen, omringd door een muur. Het lijkt wel een gevangenis, niet om mensen binnen te houden, maar buiten.

Emancipatie van de vrouw
"Kinderen worden hier ziek omdat zij geen toegang hebben tot schoon drinkwater. Dat is toch niet eerlijk? Hiermaast is een gate community en zij hebben alles!", zegt een van de vrouwen. "Iedereen zou evenveel moeten hebben." Een andere vrouw gaat verder: "Ik ben ook een militante, en wij doen aan politiek om de buitenwereld te laten weten hoe zij ons behandelen hier." Even later vertelt zij over het machismo in Argentinië. Machismo wil zeggen dat mannen zich negatief opstellen tegenover de rechten van de vrouw en hebben traditionele opvattingen over de rolverdeling in het gezin. Veel vrouwen in deze buurt hebben te maken met huiselijk geweld.  "Daarom strijden wij tegen onderdrukking en voor gelijke rechten, voor emancipatie van vrouwen en de buurt." Als wij vragen vanuit welke waarden zij handelen, vertellen de vrouwen dat zij in een samenleving geloven waarin iedereen evenveel krijgt. "Net zoals in het socialistische Venezuela. Het is niet een ideaal, maar we refereren er wel naar in ons werk". In onze ogen een nogal opmerkelijke uitspraak, aangezien Venezuela niet bepaald een welvarend land is.

Educatie en eethuis
De organisatie is een eethuis. De meeste huishoudens hebben geen schoon water en elektriciteit noch geld. Daarom verzorgt deze organisatie voor 50 families en 400 individuen eten. Maar het voornaamste doel van deze NGO is educatie voor de buurt. Het gaat om alledagelijkse handelingen tot aan lesgeven aan straatkinderen en vrouwen die de basisschool niet hebben afgemaakt. "Met educatie bedoelen we het creëren van een bewustzijn en kennis van rechten zodat wij sterk staan tegenover de onderdrukkers zoals mannen en de politie." Met trotst vertelt een van de vrouwen: "Na veel twijfel en moeite heb ik besloten om mijn school af te maken en te gaan studeren. Mijn man was daar op tegen, maar ik zei, "of je het leukt vindt of niet, ik ga weer naar school"." Het was even wennen voor haar man zegt ze, want opeens had niet alleen hij het meer voor het zeggen in huis.

Actievoeren tegen onderdrukking
Om onderdrukking tegen te gaan hebben zij allerlei manieren om politieke actie te voeren. Zij zijn enorm geinspireerd door het werk van P. Freire. Ze vertellen dat het regelmatig gebeurt dat jonge vrouwen verdwijnen of zelfs door de politie worden meegenomen om seksueel te worden misbruikt. De politie onderneemt pas na 48 uur actie. Daarom gaan een groep vrouwen van deze organisatie de buurt in om de vermiste persoon te zoeken, en gaan protesteren bij de politie om hen op hun rechten te wijzen.

Wanneer een vrouw stelselmatig wordt mishandeld thuis, gaan de vrouwen - met toestemming van de betreffende persoon - met een groep naar haar huis toe. Met een megafoon gaan zij voor het huis staan schreeuwen zodat de hele buurt weet dat de man zijn vrouw mishandeld. Hopelijk stopt hij dan de mishandeling en hopen zij dat andere mannen ook stoppen om te voorkomen dat zij het volgende 'slachtoffer' worden van deze actie.

Ideaal en praktijk
Een van de doelen van deze organisatie is om zo onafhankelijk mogelijk te zijn van de overheid. Toch voeren zij actie door met kinderen in tenten voor het Ministerie van Sociale Ontwikkeling te gaan kamperen om subsidie te krijgen om hun situatie verbeteren. "Maar veel is het niet", zegt de vrouwelijke militant. "Daarom maken wij met buurtbewoners meubels om die vervolgens te verkopen. Alleen zo komen wij aan extra geld om dit te financieren." Het schetst de tegenstellingen van haar socialistische idealen en de harde realiteit dat geld nodig is om armoede te bestrijden.





Opleiding Sociaal Werk aan de Universiteit van Buenos Aires

"Als wij in staat
waren ons te verenigen,
hoe mooi zou
de toekomst zijn."
Ernesto Che Guevara
Bij het binnenlopen van de faculteit Sociale Wetenschappen kan men niet heen om de door de student gemaakte posters met beroemde uitspraken. "Het is kenmerkend voor deze Universiteit", zegt Nicolás Rivas, opleidingsmanager Sociaal Werk. In de lokalen, de kantine, overal is de creativiteit van de faculteit te zien. Vandaag leren wij de opleiding Sociaal Werk kennen.

De faculteit Sociale Wetenschappen kent vijf opleidingen: Sociologie, Politicologie, Communicatiewetenschappen, Human Resources en Sociaal Werk. De opleiding Sociaal Werk heeft 1600 studenten. 

Curriculum Opleiding Sociaal Werk
De bachelor duurt vijf jaar en is gestructureerd in twee cycli, een taalcursus en de scriptie. Cyclus Fundamentele Basiskennis (CFB) kent zes hoofdvakken: Introductie in kennis van samenleving en overheid, Introductie in wetenschappelijk denken, Sociologie, Antropologie, Economie en Psychologie. Cyclus Beroepsopleiding (CB) is opgedeeld in twee trajecten: Traject Generalistische Vorming en Traject Specialistische Vorming.

In het traject Generalistische Vorming leert de student relevante klassieke theorieën om het sociale leven te begrijpen. Het traject bestaat uit zeven hoofdvakken: Epistemologie van sociale wetenschappen, Sociale filosofie, Sociologie, Sociale antropologie 1, Institutionele psychologie, Ontwikkelingspsychologie en Rechten. 

"De dingen zijn niet altijd zo,
ze zijn tijdelijk zo en wij gaan ze veranderen."
P. Freire
Het traject Specialistische Vorming is opgedeeld in drie subtrajecten:
1) Socio-historisch-politiek (acht vakken): Sociale geschiedenis Argentinië, Economisch beleid, Argentijnse sociale problemen, Sociaal denkbeeld Latijns-Amerika, Sociale antropologie 2, Staat en beleid, Sociaal beleid, Socio-demografische studies. 

2) Theorie, methodiek en uitvoering (10 vakken): Fundamenten en geschiedenis van het sociaal werk 1 en 2, Onderzoeksmethodologie 1 en 2, Sociaal werk en planning, Planning in regionale en nationale scenario's, Sociaal werk, territorium en gemeenschap, Sociaal werk en groepsprocessen, Sociaal werk, families en alledaagse leven, Interventies. 

3) Pre-professionele vaardigheden. In de laatste vier jaar van de opleiding volgt de student workshops waarin de student interventietechnieken leert toepassen. In jaar 2, 3, en 4 loopt de student vier uur per week stage bij verschillende instituties en organisaties. Daarnaast worden drie keuzevakken aangeboden waarin de student zich kan specificeren. 

Omdat veel onderzoek in een andere taal dan Spaans wordt geschreven, moeten de studenten een andere taal tot niveau drie leren (Engels of Portugees). Tot slot maakt de student een scriptie ter afronding van de bachelor. Daar beginnen zij mee in het vierde jaar.

In vergelijking met andere landen
Al gauw raken wij in gesprek over de verschillende manieren van opleiden in de verschillende landen. Wat het meeste opvalt is dat deze opleiding veel breder, algemener en abstracter is, dan die uit Europa of de VS. Daar worden meer specifieke vakken gegeven zodat de student meer kennis heeft van theorieën en methodieken over verschillende problematieken. Op deze manier worden de studenten beter voorbereid op de praktijk. De opleiding hier legt meer nadruk op het doen van onderzoek. Ook als men in een organisatie gaat werken verwacht men dat diegene zelf onderzoekt doet naar de specifieke doelgroep, theorie en behandeling. Daarom is de taalcursus verplicht. En zoals eerder benoemd, het politieke bewustzijn.

Politiek georiënteerd
Socialistische Jeugd. Nieuw Links. Van 11 tot 13 oktober
Nationale Ontmoeting van Vrouwen. Kom met
ons de straat op. Samen Links. 
Overal in de faculteit hangen linkse uitspraken. Veel studenten zijn militantes (politieke activisten) en lid van een politieke partij. Daarom vraag ik Nicolás Rivas hoe de school bijdraagt aan dit politiek bewustzijn. Is dit iets waar  men van huis uit mee opgroeit vanwege de geschiedenis? Of leren de studenten zo te denken? Of hebben de docenten grote invloed op de politieke keuze van de studenten? Helaas wordt dit mij niet duidelijk, maar ik krijg de indruk dat de docenten meer sturend zijn in het denken dan zou moeten.

Wanneer ik met Alicia (gastgezin), die zelf ook sociaal werker is, over deze demonstraties praat heeft zij een duidelijke mening: "Met een ideologie demonstreren voor het congres, verandert men niet de thuissituatie. De overheid geeft op dit moment geen prioriteit aan de sociale problemen in het land. Het is bezig met het zwartmaken van de VS vanwege de economische situatie. En het geld wordt uitgegeven aan twee dingen: propaganda en het vullen van eigen zakken. Sociaal werkers moeten leren op lokaal niveau de situatie te verbeteren."





woensdag 17 september 2014

"De wet is rijk in haar geschrift, maar niet in haar uitvoering."

"Wij zijn van CIF", zei een sociaal werker uit de VS. "CIF staat voor Council of International Fellowship. Zij organiseren internationale uitwisselingsprogramma's voor sociale professionals die werken in zorg en welzijn". En dankzij dit werkbezoek, dat een jaar geleden plaatsvond bij Je Eigen Stek, ben ik in contact gekomen met deze organisatie. Ik koos voor een studiereis naar Argentinië, Buenos Aires.

Met in totaal zes professionals uit Turkije, Zweden, Duitsland, Spanje, VS en ik, hebben wij inderdaad een internationale groep. Wij verblijven ieder bij twee verschillende gastgezinnen om de Argentijnse cultuur én de stad Buenos Aires zo goed mogelijk te leren kennen. In de stad Buenos Aires wonen bijna drie miljoen mensen. 

Ons programma bestaat uit werkbezoeken bij allerlei organisaties, ministeries, projecten en historische musea. In de laatste week van de drie in totaal is het programma toegespitst op zijn of haar specialiteit. In mijn geval GGZ en MO. Om de werkbezoeken beter in context te plaatsen is het handig om enige kennis te hebben van het land.

Casa Rosada de Gobierno
Militaire dictatuur
In Argentinië heerste van 1976 tot 1983 een militaire dictatuur. De 'junta' was verantwoordelijk voor de onwettige arrestatie, marteling, moord of gedwongen verdwijning van duizenden mensen (meestal vakbondsmedewerkers, studenten en andere activisten). Tijdens deze dictatuur zijn volgens mensenrechtenorganisaties ongeveer 30.000 
mensen verdwenen. 

Plaza de Mayo
Economische crisis
Voorafgaand aan de staatsgreep was het land totaal ontwricht geraakt, doordat de overheid met haar socialistische beleid de economie had vernietigd en haar ambtenaren niet meer kon betalen. In de periode van de militaire dictatuur zijn de schulden opgelopen voor het bekostigen van o.a. de Falklandoorlog. In de jaren 90 was de Argentijnse economie stabiel, maar had het land nog steeds een hoge staatsschuld. Uiteindelijk werd Argentinië in 2001 failliet verklaard. Onder leiding van de IMF scholden de buitenlandse crediteuren 70% van de schulden kwijt. 

Niet alle schuldeisers gingen echter akkoord en een Amerikaanse rechtbank veroordeelde Argentinië tot het betalen van 1,33 miljard dollar voor december 2012. De president kreeg uitstel, maar is nog steeds niet in staat de schuld terug te betalen. Nu dreigt opnieuw een technisch faillissement waardoor Argentinië toegang tot de dollarmarkten verliest.

Geld wisselen, van US dollars naar Argentijnse peso's, doe ik dan ook op de zwarte markt. De bank geeft voor 1 USD ongeveer 8,4 ARS. Op de zwarte markt kan dat oplopen tot 15 ARS, want veel Argentijnen hebben dollars nodig voor werk of om te reizen. 

Dakloosheid
Ten tijde van de crisis in 2001 kwamen tussen de dertig- en veertigduizend Argentijnen letterlijk op straat te leven. De werkloosheid bedroeg op haar hoogtepunt bijna 25 procent. Nu, zo werd ons verteld bij de Ministerie van Sociale Ontwikkeling, rond de 6%. Hoewel de ambtenaren tijdens ons bezoek bij de Ministerie van Sociale Ontwikkeling een positief beeld schetsten van de situatie, vertelt de straat een ander verhaal. Waar men niet omheen kan zijn de talloze mensen die op straat leven. Wanneer voor vele de werkdag begint, liggen mannen, vrouwen én kinderen nog midden op straat op matrassen te slapen. Door de armoede worden wij door onze gastgezinnen en organisatoren van CIF dan ook continu geattendeerd te waken voor berovingen op straat. Dat Argentinië nog een lange weg te gaan heeft realiseert ook een ambtenaar van het Ministerie van Werk: "De wet is rijk in haar geschrift, maar niet in haar uitvoering."

Professioneel Advies voor Afgestudeerden in het Sociaal Werk
Een van onze eerste werkbezoeken is bij het Professioneel Advies voor Afgestudeerden in het Sociaal Werk (PAASW). Dit is vergelijkbaar met de Nederlandse Vereniging voor Maatschappelijk Werkers (NVMW). Alle afgestudeerden zijn verplicht zich in te schrijven bij het PSAAWDe jaarlijkse contributie bedraagt 650 ARS (€60,-). Het PAASW biedt gratis trainingen aan, juridische ondersteuning bij geschillen met de werkgever, en hebben een vakblad, Facebook en nieuwsbrief. In totaal zijn bij het PAASW in Buenos Aires 3300 professionals ingeschreven. Net als in Nederland, heeft het PSAAW een beroepscode. In dit boekje staat de wet van het sociaal werk en de beroepsethiek vastgelegd.

In Argentinië is het sociaal werk vastgelegd in de nationale wet (nr. 23.377). Deze wet definieert het sociaal werk, de functie van het beroep én wat het PSAAW moet doen omdat zij het sociaal werk reguleren. De afgelopen decennia hebben grote sociale, economische en politieke veranderingen plaatsgevonden. Deze ontwikkelingen hebben invloed op de professionalisering van het beroep. Een van de pijlers van de PSAAW is het ontwikkelen van een sterk sociaal-politieke bewustzijn onder de professionals. Het PSAAW leert de professionals de politiek te analyseren en onderzoek te doen. Dit 
is belangrijk om de discussie aan te gaan met de politiek over de situatie van de kwetsbare burgers. Daarom onderhoudt het PSAAW het contact met de professionals om te peilen wat zij belangrijke thema's vinden in het werkveld.

Om de positie van de sociaal werker te verstevigen biedt het PSAAW juridische ondersteuning bij geschillen met de werkgever, bijvoorbeeld over het salaris. Dit kan verschillen per organisatie. Men streeft naar gelijke salariëring. In sommige organisaties verdienen bijvoorbeeld de sociaal werkers evenveel als de andere disciplines zoals psychologen of juristen. 

Het komt nog regelmatig voor dat sociaal werkers taken worden opgedragen die in conflict zijn met hun beroepsethiek of de wet. Daarom heeft het bestuur van het PSAAW regelmatig vergaderingen met de directeuren van organisaties over de positie van de sociaal werker.


"Wij strijden voor openbaar onderwijs"
Rechten van de mens
Vanwege de geschiedenis van Argentinië besteedt de overheid veel aandacht aan de rechten van de mens. Na een periode van dictatuur moest de democratie weer worden opgebouwd. Het sociaal werk is daarom nauw verbonden met de rechten van de mens. De professionals van de organisaties die wij tot nu toe hebben bezocht, refereren continu naar de deze rechten.

International Federation of Social Workers heeft een handleiding voor opleidingen om studenten te leren werken met en vanuit de rechten van de mens.