donderdag 21 januari 2016

27-1 symposium Op weg naar een participatiesamenleving

De Hogeschool van Amsterdam heeft de afgelopen zes jaar praktijken onderzocht en ondersteund die zich bezig houden met wijkgericht en herstelgericht werken. Dat gebeurde vanuit het lectoraat Outreachend Werken en Innoveren en de Amsterdamse Wmo-werkplaats. Samen met ervaringsdeskundigen, professionals, docenten, beleidsmakers en studenten hebben deze onderzoekers zo’n twintig praktijken gevolgd en mede-ontwikkeld. Tijdens het symposium op 27 januari willen we de belangrijkste bevindingen presenteren, bespreken en verdiepen.

We willen een stap naar de toekomst maken, waarin gebiedsgericht en herstelgericht werken meer op elkaar aansluiten en elkaar versterken. Het symposium verkent samenwerkingsmogelijkheden om te komen tot een regionale kennisinfrastructuur.

Tijdens de middag zijn er onder andere workshops over zelfbeheer en tandemsamenwerking, zie hier voor een uitgebreide beschrijving.

Voor wie: voor iedereen die interesse heeft in herstel- en gebiedsgericht werken; van beleidsmaker tot student, van sociaal werker tot ervaringsdeskundige, van onderzoeker tot docent. 

Programma:
13.00 uur:            Inloop en keuze maken uit vier workshops
13.30-14.15 uur:   Plenair gedeelte met welkom door lector Martin Stam, filmpjes
                           en uitleg workshops (KSH00A.11)
14.15-16.15 uur:   Vier workshops (info workshops zie link hieronder)
16.15-17.00 uur:   Start derde fase WMO werkplaats. Wie doet er mee? (KSH00A.11)
17. 00-18.00 uur:  Afsluiting met borrel en hapje, begane grond Kohnstammhuis

 

Datum en tijd

Woensdag 27 januari 2016 van 13.00 -18.00 uur

Aanmelding* en vragen:

Stuur een mail naar: g.koning@hva.nl o.v.v. Symposium 27/01. Deelname symposium is gratis.
* Degenen die zich al eerder hebben aangemeld hoeven dat geen tweede keer te doen.

Locatie

Hogeschool van Amsterdam, Kohnstammhuis, collegezaal 00A11 (begane grond).

maandag 4 januari 2016

Het recht op mensenrechteneducatie



Het recht op mensenrechteneducatie
Verslag van de International Human Rights Education Conference

Michiel Lochtenberg en Charlotte Kemmeren

Op 18 en 19 december 2015 vond de 6th International Human Rights Education Conference (IHREC) plaats in het indrukwekkende historische gebouw van de University College Roosevelt in Middelburg. Tweehonderd deelnemers van uiteenlopende disciplines kwamen samen om hun visies, programma’s, ervaringen en vraagstukken te delen op het gebied van mensenrechteneducatie. Het diverse publiek, van vertegenwoordigers van mensenrechtenorganisaties, docenten van zowel basis-, middelbaar- als hoger onderwijs, tot juristen, uit landen van alle continenten, zorgde voor vruchtbare uitwisseling en inspiratie. De conferentie was opgezet rondom de vier vrijheden van Roosevelt: freedom of speech, freedom of worship, freedom from want en freedom from fear.

Door een aantal maatschappelijke ontwikkelingen is de waardigheid van iedereen niet langer evident. Decentralisaties en bezuinigingen in het sociale domein zetten bijvoorbeeld de sociale, culturele en economische mensenrechten onder druk. Discriminatie en sociale exclusie nemen toe. Deze ontwikkelingen raken direct het sociaal werk en stelt de huidige professionalisering ter discussie. Leidt de Hogeschool van Amsterdam een sociaal werker op die kan bijdragen aan sociale ontwikkeling en verandering, en de empowerment en bevrijding van mensen, in het bijzonder die in kwetsbare omstandigheden verkeren? En staan daarbij principes van sociale rechtvaardigheid, mensenrechten, collectieve verantwoordelijkheid en respect voor diversiteit centraal?

Met deze vraag in ons achterhoofd zijn wij afgereisd naar Middelburg, om deel te nemen aan de IHREC. Wij gingen op zoek naar verhalen, onderzoek en theorieën die mogelijk een antwoord kunnen geven op de vraag hoe mensenrechteneducatie kan bijdragen aan het herpositioneren van het sociaal werk als mensenrechtenberoep.

Mensenrechteneducatie
Mensenrechteneducatie betekent educatie over, door en voor mensenrechten. Educatie over mensenrechten gaat over de kennis die studenten leren, zoals de rechten, verdragen, de filosofie en ontstaansgeschiedenis van mensenrechten. Educatie door mensenrechten gaat over de methode en de manier waarop les wordt gegeven. Maar ook over de mate van participatie en mogelijkheden om eigenaar te worden van het onderwijs. Educatie voor mensenrechten gaat om attitude en vaardigheden die nodig zijn om op te kunnen komen voor elkaars rechten. Volgens Dr. Tibbits kan mensenrechteneducatie in vier clusters worden verdeeld. De eerste is de didactiek rondom mensenrechteneducatie. De tweede cluster is de mate waarin studenten participeren in het onderwijs. De derde cluster is dat de educatie empowerment-gericht moet zijn. Tot slot hoort mensenrechteneducatie gericht zijn op sociale transformatie. Dr. Tibbits integreert daarmee mensenrechteneducatie samen met mensenrechtenactivisme en sociale verandering. Dr. Sklad stelt dat het dus belangrijk is dat studenten tijdens hun studie politieke zelfredzaamheid ontwikkelen. Dat betekent dat studenten leren hoe zij kunnen bijdragen aan politieke veranderingen in hun directe omgeving, zoals de schoolgemeenschap. In school kunnen studenten ervaren dat verandering mogelijk is, zodat zij vertrouwen en de overtuiging krijgen dat verandering in de samenleving ook mogelijk is. Bovendien kan het bijdragen aan de kwaliteit van het onderwijs als studenten actief participeren.

Radicalisering en extremisme
Dr. Sklad en dr. Park doen onderzoek naar mensenrechteneducatie en wereldburgerschap en hoe dat preventief kan worden ingezet tegen radicalisering en extremisme. Zij bespraken twee rechten, namelijk het recht op vrijheid van je eigen godsdienst of overtuiging kiezen en daar naar leven, en het recht op vrijheid van meningsuiting. Wanneer je beroep doet op het recht op vrijheid van meningsuiting, maar pleit tegen het recht van anderen kan je je niet beroepen op dat eerste recht. Want waarom denken wij dat het ene beter is dan de andere? De grote uitdaging is het vormgeven van educatie om radicalisering en extremisme te voorkomen, zonder daarbij over te gaan op politieke indoctrinatie. Preventieve programma’s ontwikkelingen die gericht zijn op een specifieke doelgroep is namelijk een vorm van discriminatie. Om niet te discrimineren moet het onderwijsprogramma universeel zijn, niet gericht op specifieke groep. Het gaat om preventie voordat radicalisering of extremisme zich manifesteert. Dit stigmatiseert niet en de uiteindelijke doelgroep heeft daar wel baat bij. Preventie is mogelijk door mensenrechteneducatie en burgerschapsonderwijs. TERRA Global Citizenship en de Roosevelt University College hebben U.Care ontwikkeld. Op de website terratoolkit.eu is meer informatie te vinden, waaronder handleidingen voor docenten en jongerenwerkers, politie, journalisten, religieuze leiders en gevangenisbewaarders. Deze handleidingen kunnen de handelingsverlegenheid van docenten en professionals verminderen om gevoelige en belangrijke onderwerpen als radicalisering en extremisme bespreekbaar te maken.

Mensenrechtenperspectief: identiteit en diversiteit
Mensenrechten gaat over waardigheid. Dit raakt aan kwesties van identiteit en diversiteit. Hoe kunnen mensen in een maatschappelijke context waarin diversiteit zowel een gegeven als een bron van spanning is een identiteit vormen en daar trots op zijn? Uit een van de sessies komen naar voren dat het belangrijk is om niet te focussen op dichotomieën als verschil en overeenkomst of eenheid en diversiteit. Deze dragen niet bij aan waarden als vrijheid, gelijkheid en broederschap, omdat mensen tegenover elkaar komen te staan. Mensenrechteneducatie verwerpt die dichotomieën. Identiteit ontstaat door interactie waarbij je zelf subject bent van de wetten, je hebt er invloed op en kan ze vormen. Identiteit is pluraal, een mens heeft meerdere rollen. Je hebt daar zelf agency in, je kan meerdere rollen tegelijk hebben die niet tegenover elkaar hoeven te staan.

Een voorbeeld is homoseksuele identiteit, die geclaimd wordt door de westerse wereld zo lijkt, alsof die identiteit vooral strookt met bepaalde westerse waarden en normen. Hierbij wordt voorbij gegaan aan de andere aspecten van identiteit. Iemand kan bijvoorbeeld vrouw, Pakistaans, islamitisch en lesbisch zijn, om maar een voorbeeld te noemen. Mensenrechteneducatie draagt bij aan het erkennen van de agency van mensen om zo’n meervoudige identiteit uit de dragen.
                                                           
Het heeft een plek in het klaslokaal, waarbij de diversiteit en identiteit van de scholieren of studenten een uitgangspunt kan zijn. In meerdere sessies vanuit de conferentie werd de vruchtbaarheid, maar ook de lastigheid hiervan vanuit verschillende landen beschreven. De achtergrond van studenten kan benut worden om over diversiteit te leren en elkaars waardigheid te erkennen en te onderstrepen. Tegelijkertijd bestaat het risico dat het verschil tussen degenen binnen een klas teveel benadrukt wordt, mensen zich onveilig en ‘anders’ gaan voelen, terwijl ze zich vooral onderdeel van het geheel willen voelen. In dat geval gaat het mensenrechtenperspectief het doel van inclusie voorbij.

Naar een verklaring van mensenrechteneducatie
In de slotsessie van de IHREC werd het belang van mensenrechteneducatie benadrukt, in een tijd waarin de samenleving steeds diverser wordt en diversiteit uitdagingen geeft. De conferentie heeft rijk geïnspireerd, in zowel visie als thema’s en werkvormen, om het mensenrechtenperspectief in het curriculum van sociale opleidingen van de Hogeschool van Amsterdam te brengen. Aan het einde van de drie dagen is de Middelburg Declaration for Human Rights Education opgesteld, waarin de waarde en noodzaak van mensenrechteneducatie uiteengezet zijn. Uit de geschiedenis blijkt immers dat een beweging alleen kan blijven bestaan als het een document als onderligger heeft.

Voor meer informatie kan je de website bezoeken: http://www.ihrec2015.org/